Wat zijn content groups?
Content groups zijn groepen (buckets) van bepaalde pagina’s op jouw website die aan elkaar gerelateerd zijn. Hierdoor kun je gemakkelijk zien hoeveel bezoekers op een bepaald onderdeel van de website actief zijn en kun je deze groepen weer met elkaar vergelijken. Een handige functionaliteit, bijvoorbeeld voor websites met meerdere talen, voor webshops met meerdere productcategorieën en voor websites met een kennisbank / blog met verschillende thema’s.
Content groups handleiding voor GA4 via GTM
In deze handleiding leg ik je stap voor stap uit hoe je content groups aanmaakt. Het klinkt misschien wat technisch, maar laat dat je niet afschrikken. Je kunt onderstaande stappen volgen en hoeft bijna geen technische kennis te hebben om content groups in te stellen.
Voor je begint: Bepaal welke content groups je wilt instellen.
Dit spreekt voor zich. Iedere website is anders dus je moet goed nadenken over welke content groups je wilt instellen.
Stap 1: Maak een RegEx Table in Google Tag Manager.
1.1. Ga naar Google Tag Manager en vervolgens naar ‘Variables’. Klik op ‘New’ in het blok ‘User-Defined Variables’.
1.2. Vul een naam in voor gebruik binnen GTM. Bijvoorbeeld: RegExTable – Content groups. Klik vervolgens op het blok ‘Variable Configuration’.
1.3. Selecteer variabele type ‘RegEx Table’ onder ‘Utilities’.
1.4. Selecteer de gewenste ‘Input Variable’. Dit is uiteraard de variabele waarin je een Regular Expression uitvoert en op basis daarvan uiteindelijk de output bepaald. Welke variabele je kiest is afhankelijk van de gewenste categorisering en beschikbare waardes variabelen, maar zelf kies ik vaak voor {{Page Path}}.
1.5. Klik op ‘Add Row’. Nu zie je twee velden: ‘Pattern’ en ‘Output’.
- Vul bij Pattern jouw Regular Expression in. Bijvoorbeeld heren\-kleding.
- De \ en – zijn in dit geval geen ‘operators’. De \ is bedoeld om de – te ‘escapen’ waardoor GTM het streepje ziet als tekst.
- Heb jij geen technische ervaring? Kies er dan voor om het simpel te houden en zo weinig mogelijk operators te gebruiken.
- Hierbij een hele korte uitleg: Wanneer je alleen heren toevoegt dan zal GTM kijken of de tekst heren voorkomt in de Input Variable. Wanneer je heren|mannen toevoegt zal GTM kijken of heren of mannen voorkomt in de Input Variable. Gebruik je speciale tekens? Dan zet je er een \ (backward slash) vóór. Bijvoorbeeld: heren\-kleding.
- Vul bij Output de naam van de content group in. Bijvoorbeeld Heren kleding.
Meer weten over RegEx binnen GTM? Lees dan eens deze blog van Measureschool.
Wil je jouw RegEx testen? Doe dat dan niet binnen GTM, maar via Regex101.com.
1.6. Herhaal stap 1.5. (afhankelijk van het aantal groepen / buckets dat je wilt aanmaken).
1.7. Check ‘Set Default Value’.
1.8. Vul ‘Other group’ of ‘Overig’ in. Dit is de waarde die wordt gebruikt wanneer geen van de ingevoerde Regular Expressions ‘waar’ is.
1.9. Klik op ‘Advanced Settings’. Uncheck ‘Full Matches Only’ en ‘Enable Capture Groups and Replace Functionality’.
- Wanneer je Full Matches Only uitzet kijkt GTM of de Pattern in de Input Variable voorkomt, maar deze hoeft niet volledig gelijk te zijn.
- GTM raadt aan om Enable Capture Groups and Replace Functionality uit te zetten wanneer je Full Matches Only uitzet. Enable Capture Groups biedt de mogelijkheid om de output dynamisch te maken op basis van de input. Wanneer je een technische achtergrond hebt dan is dit een handige functionaliteit. Simo Ahava heeft hier een handige blog over geschreven.
- Uiteraard kun je, wanneer je weet wat je aan het doen bent, ervoor kiezen full matches only en/of enable capture groups aan laten staan.
1.10. Klik rechtsbovenin op ‘Save’.
Stap 2: Voeg de content_group parameter toe aan pageviews.
2.1. Ga naar Google Tag Manager en vervolgens naar Tags.
2.2. Selecteer jouw GA4 Configuratie Tag (mocht je deze nog niet hebben, maak deze dan eerst aan).
2.3. Voeg een rij toe onder ‘Fields to Set’ met content_group als ‘Field Name’ en {{RegExTable – Content groups}} als ‘Value’.
2.4. Klik rechtsbovenin op ‘Save’ en vergeet niet de container te publiceren (en uiteraard te testen of je de juiste data ziet in GTM en GA4).
Eventueel kun je dus ook meerdere content groups meesturen (content_group2, content_group3, etc.).
Stap 3: Voeg de content_group parameter toe aan events.
Je kunt de content_group parameter ook meesturen met events. Om dit te doen moet je niet vergeten een content_group event parameter (custom dimension voor events) aan te maken in GA4.
3.1. Ga naar Google Tag Manager en ga naar Tags.
3.2. Selecteer de GA4 event tag waaraan je de parameter wilt meegeven.
3.3. Voeg een rij toe onder Event Parameters met content_group als ‘Parameter Name’ en {{RegExTable – Content groups}} als ‘Value’.
3.4. Klik rechtsbovenin op ‘Save’ en vergeet niet de container te publiceren (en uiteraard te testen of je de juiste data ziet in GTM en GA4).
3.5. Herhaal bovenstaande stappen voor ieder event.
Stap 4: Maak een custom dimension aan in GA4.
In mijn vorige blog legde ik je uit hoe je een event parameter toevoegt in GA4. Volg deze blog en maak een custom dimension aan met Content group als ‘Dimension name’ en content_group als ‘Event parameter’. Dit doe je om de content_group parameter te ontvangen die je meestuurt naar events.
Waar vind je de content group data terug in GA4?
Uiteraard kun je de content group dimension straks ook gebruiken in andere tools zoals Datastudio en BigQuery. In GA4 vind je deze data terug in de meeste rapporten wanneer je een custom dimension hebt aangemaakt en de content_group parameter meestuurt naar events. Heb je dat nog niet gedaan? Dan zie je de content group data standaard al terug op het Pages and screens rapport (onder Engagement).
Vragen? Stel ze gerust!
Heb jij nog vragen over het aanmaken van content groups in GA4? Laat het met weten door me een berichtje te sturen op LinkedIn. Ik help je graag verder!
